vrijdag 13 juni 2014

Kartonnen Dozen, Tom Lanoye. Leesgroep

Kartonnen Dozen van Tom Lanoye

Onze verwachtingen

Nienke: Mijn verwachting van het boek was dat het over een jeugdliefde zou gaan, voor de rest verwachten ik er niets van. Het boek maakte die verwachting wel waar, ik had alleen niet verwacht dat het met veel seksualiteit gepaard zou gaan. Ik vond dat wel jammer, de gevoelens van Tom voor Z. konden op deze manier niet mooi beschreven worden. Er werden af en toe ook moeilijke zinnen en woorden gebruikt die best vermeden hadden kunnen worden, dat had niks uitgemaakt voor het verhaal.
Megan: Ik had niet veel verwachtingen omdat ik het boek eigenlijk gewoon ben gaan lezen zonder er van te voren informatie over op te zoeken. Het enige dat ik wist, is dat het een autobiografie over de jeugd van Tom Lanoye was. Deze verwachting is zeker uitgekomen, alleen vond ik het wel jammer van alle seksueel getinte onderwerpen die zeer vaak en uitermate gedetailleerd aan bod kwamen.
Anne: Ik dacht dat het boek over reizen en jeugdliefde ging, maar bij het reizen had ik me iets anders voorgesteld en ook bij jeugdliefde dacht ik aan iets anders.
Eva: Ik had geen verwachting van het boek, want de titel roept niet echt verwachtingen op. Ik wist alleen dat het boek zou gaan over liefde. Dat is wel uitgekomen, maar ik had wel verwacht dat er veel minder seksualiteit in het boek zou zitten.
 

Titelverklaring

In het boek staan de Kartonnen Dozen voornamelijk voor fasen in Toms leven. Hij haalt herinneringen uit elke kartonnen doos naar boven. Elke doos staat aan een herinnering aan Z. De eerste is de reiskoffer die hij krijgt op zijn reis naar de Ardennen, waar hij Z. voor het eerst ontmoet.  De tweede doos is een schoendoos met herinneringen, dit gaat over Toms reis naar Zwitserland met Z., hier vermoedt hij voor het eerst dat hij verliefd is op Z. De derde doos is een archiefdoos, dit gaat
over Toms reis naar Griekenland, eveneens met Z., waar er bijna iets tussen Z. en hem gebeurt. De vierde en laatste doos is het boek zelf, waarin al Toms herinneringen aan Z. in zitten.

Personages

Tom: aangezien het boek een autobiografie is, beleef je alles door de ogen van Tom Lanoye, de schrijver, zelf. Omdat hij het ik-personage is, kom je veel over hem te weten. Denk dan bijvoorbeeld aan zijn hopeloze verliefdheid richting Z. Omdat het boek focust op Tom’s liefde voor Z kom je vooral dingen tegen die hiermee te maken hem, het obsessief masturberen bijvoorbeeld.
 
Z.
Z is de liefdesinteresse van de hoofdpersoon. Aangezien Tom zo hopeloos verliefd is op Z,  kan je niet met zekerheid stellen of Tom’s beschrijving van Z wel helemaal klopt. Tom beschouwd Z namelijk als de definitie van perfectie.
 
Zus
Tom noemt haar niet bij naam, ze wordt in het boek alleen Zus genoemd. Zus heeft een goede band met Tom, ook al verkiest Tom zijn broers altijd boven zijn Zus, iets dat zij niet leuk vindt maar kan begrijpen.
 
Moeder
Haar naam wordt ook niet genoemd. Ze komt over als een zeer zorgzame en liefdevolle moeder. Ondanks dat Tom eigenlijk het nakomertje is, krijgt hij van zijn moeder net zo veel liefde als zijn broers en zus.
 
Wieske
Wieske is een vriendin van de familie, die jong wees is geworden. Ze nam Tom altijd mee naar de film, en Tom beschrijft haar als iemand met ‘vlagen van verdriet’.
 
Pit Germaine
Germaine was de oudere zus van Tom’s moeder. Zij nam de zorg van haar broertjes en zusjes op zich toen haar moeder stierf. Ze is een echte roddeltante.
 
De Mof
De Mof is een leraar op het Kot, waar Tom naar school gaat. De Mof is erg streng en vindt het leuk om zijn leerlingen aan het huilen te maken. Tom noemt hem de Mof omdat hij erg op een NSB’er lijkt.
De Jap
De Jap is ook een leraar op het Kot en dankt zijn bijnaam aan zijn Japanse uiterlijk. Hij is een erg strenge leraar en rookt ontzettend veel.
Mussolini
Mussolini is de enige leraar waar Tom echt bewondering voor toont. Mussolini heeft hem tot het schrijven aangezet.


Setting

Het boek gaat over Toms jeugd in Belgiƫ, rond 1970. De meeste tijd van het boek ik Tom thuis of op zijn school, genaamd het Kot, in een klein Belgisch dorpje. Hij heeft echter ook af en toe uitjes van de school of van de kerk. Zo gaat hij op kampen naar de Ardennen, de Alpen en naar Griekenland.

Perspectief

Het boek is geschreven vanuit de ik-persoon, een ik-vertelinstantie dus. De hoofdpersoon is de schrijver zelf, Tom Lanoye.

Open plekken

Omdat het verhaal een autobiografie is, zijn er niet veel open plekken. De enige open plekken zijn: Wat vindt Z. van Tom? en Wat gebeurt er met Tom tussen de middelbare school en het heden?

Vertelde tijd

Het verhaal is chronologisch opgebouwd, maar als de schrijver iets beschrijft gebruikt hij flashbacks en soms maakt hij vooruitwijzingen naar het heden.

Verteltijd

De verteltijd is 158 pagina's.
 

Motieven

De verhaalmotieven in het boek zijn Toms gevoelens voor Z. Ze keren gedurende het boek steeds weer terug en bepalen een groot gedeelte van het verhaal. Het leidmotief in het boek is de kartonnendoos, dit is een terugkerend element in de hoofstukken.

Thema

Het thema van het boek is jeugdliefde, want het boek gaat over Tom, die verliefd wordt op Z. en over hoe hij daarmee omgaat.

Onze mening

Het boek is goed geschreven, want het zit goed in elkaar en er wordt gebruik gemaakt van een leidmotief, wat zorgt voor een diepere laag in het boek. Ook zitten er veel flashbacks in het boek, die het boek levendiger maken. Alleen het onderwerp van het boek sprak ons niet echt aan, we hadden ook verwacht dat er veel minder seksualiteit in het boek zou zitten. Dus we vonden het boek op zich goed geschreven, maar het sprak ons gewoon niet zo aan. We zouden het boek daarom ook niet aanraden aan mensen van onze leeftijd.

Persoonlijke conclusie

Het proces van discussie over het boek verliep prima, we waren het snel met elkaar eens. Ik heb door deze opdracht geleerd hoe je de literaire theorie kunt toepassen op een boek.
Het boek heeft leesniveau 4 en hier had ik geen moeite mee, ondanks dat er soms moeilijke woorden en lange zinnen in het boek stonden. Ik wil de volgende keer ook een boek gaan lezen van leesniveau 4, omdat het bij dit boek erg goed ging. Ik zou de volgende keer Joe Speedboot van Tommy Wieringa of  Nooit meer slapen van W. F. Hermans wel willen lezen.